Punt WTC7-4: Kwam de officiële simulatie van de val van WTC 7
Punt WTC7-4: overeen met de waargenomen instorting?

<< Vorig Punt, Volgend Punt >>

Inleiding

De plotselinge val van World Trade Center 7 (WTC 7), een enorm stalen frame gebouw van 47 verdiepingen twee straten verwijdert van de Twin Towers, is een groot probleem voor de officiële lezing. De op handen zijnde ondergang van het gebouw werd gedurende de middag van 11 september herhaaldelijk voorspeld. Politie en brandweer evacueerden een straal van een aantal straten en de omstanders, waaronder verschillende verslaggevers, werd verteld “dat dit het volgende gebouw zou zijn dat neer zou komen” [1] – hoewel het voor 11 september nooit eerder was voorgekomen dat een gebouw met een stalen frame volledig instortte als gevolg van brand. Deze gebeurtenis werd door honderden mensen direct waargenomen en is verschillende keren op beeld vastgelegd.

Rond 17:20 stortte het oostelijke penthouse in het gebouw, vergezeld van brekende ramen op verschillende verdiepingen. [2] Een paar seconden later begon het westelijke penthouse in te storten, maar voordat het was verdwenen onderging het gehele gebouw plotseling een verandering naar een vrije val die meer dan twee seconden duurde. [3]

In het eerste verslag van de instorting van de gebouwen had het National Institute for Standards and Technology (NIST) het alleen over de Twin Towers. WTC 7 werd weggelaten. Een apart verslag over WTC 7 liep verschillende keren vertraging op omdat, in de woorden van Shyam Sunder, “we moeite hadden grip te krijgen op Gebouw 7.” [4] NIST’s Definitieve Verslag over de Instorting van World Trade Center Gebouw 7 werd in november 2008 gepubliceerd (op het moment dat de regering Bush op het punt stond het ambt te verlaten). NIST kwam met een computer gegenereerde grafische simulatie om de instorting uiteindelijk te verklaren.

De officiële lezing

WTC 7 stortte in door brand alleen. [5] Dit zijn de kernpunten betreffende de instorting:

  • Door intensieve hitteontwikkeling op de 12e verdieping zette een bovenliggende balk uit waardoor een legger op de 13e verdieping van zijn zadel werd geduwd welke verbonden was met inwendige kolom nr.79
  • Dit falen verspreidde zich naar verschillende verdiepingen waardoor kolom nr. 79 niet meer werd ondersteund en het begaf. De omliggende kolommen waren niet in staat het extra gewicht te dragen. Hierdoor ontstond de voortschrijdende ineenstorting die leidde tot het rampzalig falen van het gehele gebouw.
  • Dit ineenstorten van het gebouw, waarvan het leek dat het plotseling gebeurde maar feitelijk voortschrijdend was, werd plausibel aangetoond in computersimulaties.
  • Het mechanisme achter het instorten van het gebouw wordt ondersteund door grafische output, zoals vermeld in het definitieve rapport van NIST [6] en uitgelegd aan de hand van animaties op de website van NIST. [7]
Het beste bewijs
  1. Een gebouw dat een voortschrijdende instorting ondergaat zou op volgtijdige wijze neerkomen. Men zou verwachten dat delen zouden falen als hun ondersteuning wegviel. Maar er kan geen sprake zijn van voortschrijdende noch volgtijdige instorting, zo blijkt uit meting van de instortingstijd:
    • Vanaf het moment dat het oostelijk penthouse instort tot de aanzet van de totale instorting lijkt het dat het gebouw, van buitenaf gezien, zijn structurele integriteit behoudt. De overgang van volledige ondersteuning naar vrije val was plotseling. [8] Het gebouw viel waarbij de daklijn horizontaal bleef, wat aangeeft dat het rampzalig falen over volledige breedte van het gebouw (100 meter van oost tot west) nagenoeg tegelijkertijd plaatsvond binnen een fractie van een seconde.
    • Ongeveer 1,5 seconde voor het begin van de vrije val begon het gebouw in het midden in te zakken, maar dit werd niet begeleid door een neerwaartse beweging. Het gebouw bleef zijn totale hoogte behouden tot het begin van de totale instorting. De oorspronkelijke neerwaartse beweging, gemeten bij de noord westelijke hoek van het gebouw, was een plotselinge overgang naar vrije val.
  2. Naast het feit dat de instorting van een gebouw met een stalen frame een vrije val bereikt zonder de aanwezigheid van explosieven die de stalen ondersteuning wegslaan een onmogelijkheid is komt de grafische output van NIST’s computersimulaties absoluut niet overeen met de feitelijke observaties. De twee zaken zoals voorgesteld in het Definitieve Verslag van NIST vertegenwoordigen twee totaal verschillende scenario’s:
    • In het ene wordt gesteld dat vallend puin van de Noordelijke Toren een bijdragende factor is.
    • In het andere is geen sprake van schade door vallend puin.

    Het scenario waar sprake is van schade aan de zuidzijde van WTC 7 door vallend puin komt enigszins overeen met de waargenomen val, maar NIST concludeert dat schade door vallend puin geen grote bijdrage leverde aan de ineenstorting.

    Het moge duidelijk zijn dat, zelfs gekeken met een half oog, de simulaties geen verklaring bieden voor de waarnemingen:

    • Het gesimuleerde gebouw liet duidelijk vervormingen zien welke aan de buitenkant makkelijk zichtbaar zouden moeten zijn. [9] Dit werd niet waargenomen.
    • In het werkelijke gebouw was geen sprake van het breken van ramen in de aanloop naar vrije val instorting, terwijl dit tijdens de meer lokale instorting van het oostelijke penthouse opvallend aanwezig was. Indien, zoals NIST beweert, er werkelijk sprake was van een inwendig instorten van het grootste deel van het gebouw dan zou men verwachten dat het breken van ramen minstens zo evident zou zijn als waargenomen bij de eerdere, kleine instorting.
    • Wanneer het gesimuleerde gebouw begint in te storten raakt het niet in vrije val, dit terwijl vrije val het meest opvallende aspect van de werkelijke instorting is, en het aspect dat het meest een uitleg verdient.
    • De animatie die de instorting van het gesimuleerde gebouw weergeeft wordt afgekapt. Het is geen weergave van de volledige periode van de waargenomen vrije val.

    NIST kan daarom dus niet hun bewering staande houden dat vrije val verenigbaar is met hun volgtijdig model van de instorting. Feitelijk is vrije val niet verenigen met welk model dan ook waar geen sprake is van de plotselinge verwijdering van de ondersteunende constructie over de totale breedte van het gebouw.

  3. In verklaringen die volgden op het verschijnen van NIST’s Definitieve Verslag had projectleider Shyam Sunder nog steeds moeite om in het reine te komen met de waargenomen periode van vrije val. Zijn bewering, waarschijnlijk sprekend voor NIST, was dat we niet de feitelijke instorting zagen, maar alleen de noordelijke buitenkant van het gebouw. Volgens deze verklaring stortte het interieur van het gebouw eerst in (in een voortschrijdende instorting zoals in hun model wordt beschreven), waarna de noordelijke buitenkant in vrije val instort als een afzonderlijke gebeurtenis.
    Om vier redenen houdt deze bewering echter geen steek:

    • Er zijn videobeelden waar zowel de noordelijke als de westelijke zijde te zien zijn. Beide zijden, plus de hoeken die de verbinding vormen naar de zuidelijke en oostelijke zijde, lijken stabiel en intact te blijven tot het plotselinge begin van de vrije val.
    • Het westelijke penthouse, en daarmee de inwendige structuur die het ondersteund, faalde niet tot ongeveer een seconde voor het begin van de vrije val. Zodoende had het inwendige van het gebouw nooit meer dan ongeveer een halve verdieping voorsprong. [10]
    • Hoewel er tijdens de kleinere instorting van het oostelijke penthouse sprake was van het breken van ramen, braken verder geen ramen tot het begin van de vrije val, waardoor het ongeloofwaardig is dat een totale instorting van het inwendige gaande was.
    • De rollende wolken van puin die zich door de straten spoedden, vaak vergeleken met pyroclastische vloed, vonden niet plaats tot de zichtbare ineenstorting van het gebouw. Als eerder het inwendige van het gebouw was ingestort dan zou je verwachten dat de vloedgolf van puin eerder was begonnen.
Conclusie

We kunnen vaststellen dat de computersimulaties feitelijk niet overeenstemmen met sleutelkenmerken van de ineenstorting. De pogingen van NIST om de ontwikkelingen in het niet waarneembare inwendige van het gebouw los te koppelen van het makkelijk waarneembare exterieur zijn daarom in tegenspraak met het bewijs. De positie van NIST lijkt daarom niet meer dan een poging om legitieme vragen te omzeilen.

Deze conclusie wordt versterkt door de weigering van NIST om hun computermodellen vrij te geven, samen met het feit dat een voortschrijdende instorting resulterend in een vrije val nooit in een experiment kon worden nagebootst – om de eenvoudige reden dat een voortschrijdende instorting waarbij sprake is van vrije val een fysieke onmogelijkheid is.

<< Vorig Punt, Volgend Punt >>

Referenties voor Punt WTC7-4
David Chandler, “WTC 7: Sound Evidence for Explosions” (5 juli 2010), ondertitelde versie: “WTC 7: Auditief Bewijs voor Explosies” (10. maart 2013)
9/11: WTC 7 east penthouse collapse (partial video) [9/11 Instorting Oostelijk Penthouse]”, YouTube: Nathan Flach.
David Chandler, WTC7 in Freefall: No Longer Controversial; WTC7 in Vrije Val Niet Langer een Controverse. NIST mat 2,25 seconden van absolute vrije val met een geleidelijk overgang naar vrije val (NIST NCSTAR 1A, november 2008, blz. 46, pdf: 88), maar de metingen van NIST werden genomen nabij het midden van de daklijn, gebruikmakend van een camerastandpunt op straatniveau. Het horizontale vouwen van de daklijn op dat moment is verkeerd geïnterpreteerd als een neerwaartse beweging, waardoor het de schijn heeft van een geleidelijke overgang naar vrije val.
Verklaring van Shyam Sunder op 20 maart 2006, als antwoord op vragen van verslaggevers. Verschenen in: Mark Jacobson, The Ground Zero Grassy Knoll, New York Magazine, 20 maart 2006; tevens in “Profile: Shyam Sunder”, History Commons.
NIST NCSTAR 1-9, Structural Fire Response and Probable Collapse Sequence of World Trade Center Building 7, Vol. 1, hoofdstuk 8; NIST NCSTAR 1A, november 2008, Executive Summary, blz. xxxvi, pdf: 39.
NIST NCSTAR 1-9, Vol. 2, hoofdstuk 12, blz. 588-597 (pdf: 654 ff). Op de omslag van NIST NCSTAR 1A is nadrukkelijk een afbeelding te zien van het vervormde instortingsmodel. NIST heeft de daadwerkelijke gegevens van de simulatie nooit vrijgegeven.
De video’s van de computermodellen zijn van de website van NIST verwijderd maar zijn veelvuldig gedownload en opnieuw geplaatst. Ze zijn onder andere hier te vinden: NIST WTC7 Models (YouTube: femr2).
De vervormingen kunnen ook worden gezien bij deze officiële bron: NIST NCSTAR 1A, Final Report on the Collapse of World Trade Center Building 7, november 2008, blz. 42.
Het instorten van het westelijke penthouse is duidelijk zichtbaar. Het begint in te storten maar komt maar tot de helft van de hoofddaklijn wanneer het hele gebouw begint te vallen. Daarna vallen het penthouse en het gebouw samen waar het penthouse zichtbaar blijft tijdens het vrije val gedeelte van de ineenstorting.

 

Comments are closed.