Punt TT-7: Waarom stortten de Twin Towers in? Het seismisch bewijs

<< Vorig Punt, Volgend Punt >>

Inleiding
Op 11 september werden door seismografen in New York en vier naastgelegen staten seismische golven geregistreerd tijdens de perioden dat WTC 1 en 2 (de Twin Towers) door vliegtuigen werden geraakt en tijdens het instorten. Wetenschappers van het Lamont Doherty-Earth Observatorium (LDEO) aan de Universiteit van Columbia publiceerden een analyse van de seismologische gegevens van het WTC, gebaseerd op de ruwe data van het Palisades meetstation in de staat New York. In hun verslagen betreffende de gebeurtenissen bij het World Trade Center vertrouwden het Federaal Bureau Crisismanagement (FEMA) en het Nationaal Instituut Standaarden en Technologie (NIST) op de gegevens van het LDEO. [1] Het Eindverslag Commissie 11 September citeerde ook de analyse van het LDEO [2] hoewel het niet de LDEO analyse bevestigde van de tijden van de vliegtuiginslagen. Het verslag baseert zijn eigen conclusies op gegevens van grondradar in plaats van seismologische data.

Maar onafhankelijke analyses hebben de uitkomsten van het LDEO, en daarmee de conclusies van FEMA en NIST, betwist. Deze onafhankelijke analyses zijn nog meer in tegenspraak met de conclusies van de Commissie 11 September.

De officiële lezing

De seismische golven werden veroorzaakt door de inslagen van de vliegtuigen in de Twin Towers en het resulterende instorten van de gebouwen. [3] De kracht van de schokken die de inslagen van de vliegtuigen veroorzaakten was respectievelijk 0,7 (Toren 2) en 0,9 (Toren) op de schaal van Richter. Het instorten van WTC 2 had een kracht van 2,1; het instorten van WTC 1 een kracht van 2,3. [4] De signalen werden gebruikt om te komen tot een nauwkeurig bepalen van de tijdstippen van inslag en van instorten. [5]

Het beste bewijs
De resultaten van onafhankelijk onderzoek zijn in tegenspraak met de conclusies van het LDEO (Lamont Doherty-Earth Observatory) dat de golven werden veroorzaakt door de inslagen van de vliegtuigen en het resulterende instorten van de gebouwen.

In 2006 toonden ingenieurs Craig Furlong en Gordon Ross aan dat de inslagen van de vliegtuigen niet de oorzaak waren van de seismische signalen die het LDEO eraan toeschrijft omdat ze plaats vonden enkele seconden voor de tijden die de Commissie 11 September stelt, gebaseerd op waarnemingen van de grondradar.

De seismische gebeurtenissen moeten daarom een andere oorzaak hebben. De beste (en waarschijnlijk de enige waarschijnlijke) kandidaat voor deze oorzaak zijn waarschijnlijk de explosies in de kelders van de Twin Towers, waarvoor overvloedig bewijs bestaat, tastbaar en uit de monden van getuigen. [6]

Hoewel dit Punt zich alleen bezighoudt met het seismisch bewijs is veel van het tastbare en getuigenbewijs gedocumenteerd in Punt TT-8: “Waarom Stortten de Twin Towers In? Het Tastbare en Getuigenbewijs”. [7]

De conclusie van Furlong en Ross – dat het seismisch bewijs niet overeenstemt met de officiële lezing (welke versie dan ook) – werd in 2012 versterkt door een Franse geoloog, Dr. André Rousseau, die een analyse maakte van de seismologische gegevens. [8] Rousseau concludeert dat het rapport van het LDEO op drie punten niet klopt:

  • De timing op basis van de grondradar komt niet overeen met de oorspronkelijke tijden van de seismische golven (zoals wordt aangegeven door de data);
  • Het ontbreken van een verklaring waarom, hoewel de torens in essentie op dezelfde manier werden vernietigd, de gegevens grote verschillen laten zien in termen van de hoeveelheid energie die vrijkwam.
  • De frequentie van de schokgolven was veel te laag om te kunnen zijn veroorzaakt door de vliegtuiginslagen of het instorten van de torens (hoewel deze wel overkwamen met ondergrondse explosies, waarvoor bewijs is gedocumenteerd in Punt TT-8).

De Timing van de Oorsprong van de Golven: Het LDEO publiceerde in 2001 een rapport met daarin de tijden van aanvang van de vier golfsignalen. [9] Deze tijden werden in overeenstemming gebracht met de twee inslagen en de twee ineenstortingen. De onderzoekers van het LDEO verklaarden dat ze deze tijden hadden afgeleid door uit te rekenen hoe laat de signalen binnenkwamen bij het meetstation in Palisades. Het Eindverslag Commissie 11 September publiceerde echter hele andere tijden, gebaseerd op gegevens van de grondradar die het aanvliegen en de inslag met de gebouwen registreerde. De verschillen zijn het grootst bij WTC 1 (de eerste inslag): Rousseau, evenals Furlong en Ross, wees erop dat de tijden van de grondradar, ongeveer 15 seconden later dan de gegevens van het seismologisch meetstation, de correlatie tussen de seismische golven en de vliegtuiginslagen niet ondersteunen. [10]

Kracht van de Gebeurtenissen: “Het is vreemd dat identieke gebeurtenissen … op dezelfde locatie seismische bronnen van verschillende grootheden zouden hebben gegenereerd”, [11] zei Rousseau. Deze verschillen zijn te zien bij beide inslagen en instortingen. Voor de golven die het LDEO toeschrijft aan de inslagen zijn de metingen verschillend [12] (0,9 voor WTC 1 en 0,7 voor WTC 2), ondanks de overeenkomsten van de twee vliegtuiginslagen in nagenoeg hetzelfde soort gebouw. De signalen die worden toegeschreven aan het instorten van de Twin Towers laten ook een duidelijk verschil zien (kracht 2,1 voor WTC 2 en 2,3 voor WTC 1), opnieuw ondanks de overeenkomsten in de gebeurtenissen die resulteerden in de vernietiging van twee nagenoeg gelijke gebouwen. Hoewel het verschil tussen 2,1 en 2,3 gering lijkt, de unieke (logaritmische) manier waarop seismische gebeurtenissen worden gemeten betekent dat een schok die wordt bemeten op 2,3 twee keer meer energie vrijgeeft dan een schok van 2,1. Het verschil is dus te groot om toe te schrijven aan een fout. [13] Rousseau concludeerde dat de golven wel door iets anders moesten zijn veroorzaakt (wat, gezien het bewijs dat wordt gegeven onder Punt TT-8, wijst op explosieven). [14]

Golflengten: De frequenties van de schokgolven die zijn veroorzaakt door de inslag van vliegtuigen zijn gebruikelijk veel hoger, bericht Rousseau – één tot twee krachtpunten hoger – dan de golflengten die volgens het LDEO werden veroorzaakt door de inslagen in WTC 1 en 2. Ofwel, de golflengten die typisch worden veroorzaakt door vliegtuiginslagen variëren (ruwweg) van 10-100 Hertz (Hz) terwijl de golven, waarvan het LDEO zegt dat deze veroorzaakt werden door de vliegtuiginslagen, slechts rond de 1 Hz liggen. De veronderstelling dat de seismische golven in kwestie werden veroorzaakt door de vliegtuiginslagen is dus zeer onwaarschijnlijk. Daar komt nog bij dat de meetapparatuur in Palisades slechts een bereik had van 0,6-5 Hz, en dus niet in staat was om een typische vliegtuiginslag te registreren. [15]

Conclusie
De hierboven beschreven discrepanties geven aan dat de conclusies van het LDEO betreffende de aard van de gebeurtenissen die leidden tot de signalen die in Palisades werden geregistreerd niet kunnen kloppen. Wat vooral opvalt, is dat de gegevens van de grondradar, een zeer nauwkeurig meetinstrument, laten zien dat WTC 1 15 seconden later werd getroffen dan de seismische activiteit, zoals geregistreerd in Palisades en waarvan het LDEO zegt dat het de inslag betrof, aangeeft. De radar laat ook zien dat WTC 2 later werd getroffen dan de seismische activiteit die eraan werd toegeschreven. Deze seismische activiteit moet daarom wel teweeg zijn gebracht door iets anders dan de inslagen van de twee vliegtuigen in de gebouwen.

Rousseau, net als Furlong en Ross, hebben redenen aangedragen voor hun conclusie dat de signalen, waarvan de officiële lezing zegt dat het de inslag van de vliegtuigen betrof, in werkelijkheid door iets anders zijn veroorzaakt – namelijk, zoals het bewijs dat is gedocumenteerd onder Punt TT-8 suggereert, schokken van explosieve aard die plaatsvonden aan de basis van de gebouwen. Rousseau toont verder aan dat de details van de schokgolven karakteristiek zijn voor dergelijke explosies, niet voor vliegtuiginslagen of ineenstorting.

<< Vorig Punt, Volgend Punt >>

Referenties voor Punt TT-7
Het Eindverslag Commissie 11 September, 2004, voetnoot 168, 461.
“We hebben talloze seismische signalen geregistreerd van twee vliegtuiginslagen en van de instorting van de twee torens van het World Trade Center (WTC) … Het instorten van de twee torens veroorzaakte grote seismische golven die werden gezien in vijf aangrenzende staten en tot wel 428 km ver … Het instorten van Gebouw 7 werd [ook] vastgelegd … De sterkste signalen werden veroorzaakt door het instorten van torens 1 en 2.” Won-Young Kim en anderen, Seismische Golven voortkomend uit Vliegtuiginslagen en Instorting Gebouwen van het World Trade Center, New York City, in EOS, Transactions American Geophysical Union, 20 november 2001 (82/47): blz. 565, 570-571.
“Voor de instorting van 1 en 2 zijn de ML-waarden (lokale magnitude), afgeleid uit E-W componenten, 2,1 en 2,3 … Voor de inslagen werd een seismische energie gemeten van 0,7-0,9.” (Ibid.).
“Wetenschappers van het Lamont-Doherty Earth Observatory … slaagden erin nauwkeurige tijden te bepalen voor de inslag van de vliegtuigen en het instorten van de gebouwen door gebruik te maken van de seismische signalen die bij vele meetstations in het noordoosten van de Verenigde Staten werden vastgelegd,” Won Young Kim en Gerald R Baum, in “Seismic Observations during September 11, 2001 Terrorist Attack (Seismische Observaties Tijdens de Terroristische Aanslagen van 11 September 2001),” Maryland Geological Survey Earth Science Information Center Publications.
Craig T Furlong en Gordon Ross, Seismisch Bewijs – 11 September Was een Klus van Binnenuit (geüpdate versie II).
Punt TT-8: “Waarom Stortten de Twin Towers in? Het Tastbare en Getuigenbewijs”.
André Rousseau, “Waren Explosieven de Oorsprong van de Seismische Signalen, Komend Uit New York op 11 September?” In Journal of 9/11 Studies, Vol. 34, november 2012. Dit collegiaal getoetste uitgegeven artikel is niet aangevallen in de wetenschappelijke literatuur.
Kim en anderen, Seismische Golven Veroorzaakt door Inslagen Vliegtuigen en Instorting Gebouwen bij het World Trade Center, New York City. Het rapport behandelde ook het instorten van Gebouw 7, maar dat is hier niet relevant.
Het probleem van de ‘verdraaiing’ tussen de tijden van de oorspronkelijke seismische golven en de tijden waarop de vliegtuigen in de torens vlogen, met name voor WTC 1, is absoluut een sleutelvraag, en een vraag die symbool staat voor alle tegenstellingen in de officiële lezing betreffende 11 september 2001, zoals hier al eerder op is gewezen door Furlong en Ross in 2006. Rousseau schreef ook: “Er bestaat een gat van 15 seconden tussen het aannemelijke tijdstip van de oorsprong van de Rayleigh-golf gebaseerd op de gegevens uit Palisades en het tijdstip – achteraf – van de inslag van het vliegtuig in WTC 1, gebaseerd op gegevens van de grondradar … Eenzelfde discrepantie bestaat in de gegevens voor de tijden van de seismische golf en de inslag in WTC 2.” Rousseau, in “Were Explosives the Source of the Seismic Signals Emitted from New York on September 11, 2001? [Waren Explosieven de Bron voor de Seismische Signalen Komend uit New York op 11 September?]”.
Zoals aangegeven door golfamplitudes.
Een schok met een kracht van 2,1 geeft 89 MJ (Mega Joules) aan energie, terwijl een schok van 2,3 een energie vrijgeeft van 178 MJ. Deze waarden komen overeen met 21 en 42 kg aan TNT. Dit kan men narekenen op een rekenmachine van energie vrijgegeven door krachten.
“Drie minuten onafgebroken data die beginnen om 09:36:30 EDT (13:36:30 UTC). Data werd getoetst met 40 keer per seconde en gefilterd tussen 0,6 Hz en 5 Hz.” Kim en Baum, “Seismische Observaties Tijdens de Terroristische Aanslagen van 11 September 2001”; Rousseau, “Waren Explosieven de Bron voor de Seismische Signalen Komend uit New York op 11 September?” blz.  4

 

Comments are closed.