Punt WTC7-5: World Trade Center Gebouw 7: NIST’s analyse van de aanzet
Punt WTC7-5: tot het instorten is niet aannemelijk

<< Vorig Punt, Volgend Punt >>

Inleiding

In hun rapport over WTC 7 beweert NIST (het Nationaal Instituut Waarden en Technologie) dat, voor het eerst in de geschiedenis, brand de oorzaak was voor het totaal instorten van een groot gebouw met een stalen skelet dat tegen brand was beveiligd. In 2008 publiceerde NIST analyses om te duiden hoe uitzetting als gevolg van hitte de oorzaak was voor de aanzet tot het instorten van het gebouw. [1]

De betrouwbaarheid van de analyses van NIST zou uiteraard afhangen van het betrekken van alle structurele kenmerken die te maken hebben met de aanzet tot het instorten. De relevante informatie met betrekking tot dit onderwerp kwam laat 2013 aan het licht.

De officiële lezing

NIST’s rapport over Gebouw 7 laat zien dat steunbalk A2001 – welke zich aan de noordoostelijke hoek van het gebouw bevond, onder de 12de verdieping en gesitueerd tussen kolom 44 en kolom 79 – van zijn zadel werd gedrukt bij kolom 79 door leggers die deze omlijstten, als gevolg van uitzetting door hitte, veroorzaakt door woedende branden van kantoorinterieur.

Dit falen zorgde ervoor dat een groot gedeelte dat door steunbalk A2001 werd gedragen 8 verdiepingen naar beneden viel, naar de 4de verdieping, waardoor kolom 79 over 9 verdiepingen niet meer horizontaal werd gesteund waardoor deze krom trok.

Het falen van deze ene kolom veroorzaakte toen een volledige instorting van het interieur van noord naar zuid, wat op haar beurt de aanleiding was tot het volledig instorten van het interieur van oost naar west, waardoor uiteindelijk de steunpilaren aan de buitenkant niet meer horizontaal werden gesteund met als gevolg dat alle steunpilaren van het exterieur het nagenoeg tegelijk begaven.

Het beste bewijs

Toen het rapport van NIST over WTC 7 uitkwam in november 2008 bleken de structurele bouwtekeningen op onverklaarbare wijze te ontbreken. Derhalve kon het rapport niet kritisch worden bekeken vanuit structureel oogpunt.

Middels een verzoek via de Wet Openbaarheid Bestuur (FOIA) werd een groot deel van de tekeningen eind 2011 vrijgegeven. [2] Bij het bestuderen van de tekeningen van WTC 7 bleek dat twee belangrijke kenmerken, relevant voor NIST’s theorie met betrekking tot de aanzet tot de instorting, waren weggelaten. Deze waren:

  1. Versterkingsribben van staalplaat die cruciale steun gaven aan steunbalk A2001 [3]
  2. Vloerbalken S3007, G3007 en K3007 welke steunbalk G3005 van horizontale steun voorzagen [4]

Uit analyse door onafhankelijke ingenieurs blijkt dat, wanneer de versterkingsribben en horizontale steunbalken worden meegenomen, NIST’s waarschijnlijke volgorde van instorting onmogelijk is omdat:

  1. De flens van kolom 79 door de aanwezigheid van versterkingsribben niet kon buigen of falen [5]
  2. Balk G3005 – waarvan NIST beweert dat deze het begaf als gevolg van uitzetting door hitte en aanleiding gaf tot het instorten van WTC 7 – had het niet kunnen begeven als de uit het rapport weggelaten horizontale steunbalken S3007, G3007 en K3007 aanwezig waren [6]

In december 2013 stuurde de bekende advocaat William F Pepper, [7] als raadgever in dienst van Architects and Engineers for 9/11 Truth, een brief naar de inspecteur generaal van het Ministerie van Economische Zaken van de VS waarin hij over deze weglatingen berichtte. “Het is de unanieme mening van de structureel ingenieurs die deze zaak nauwgezet hebben bestudeerd”, zei Pepper, “dat een onafhankelijk onderzoek door ingenieurs snel tot dezelfde conclusie zou komen.” [8]

Pepper voegde daaraan toe dat zijn cliënten, na bijna twee jaar door NIST te zijn genegeerd, uiteindelijk een reactie kregen van een woordvoerder van NIST die bevestigde dat de versterkingsribben waren weggelaten. Deze woordvoerder zei echter, nog daargelaten dat hij het weglaten van de steunbalken negeerde, dat de versterkingsribben er niet toe deden. Peper zei dat zijn cliënten “vervuld waren van ongeloof en geschokt” dat NIST deze materiële kenmerken achterwege had gelaten en, toen deze weglatingen onder hun aandacht werd gebracht, hun cruciale belang volledig wegwuifden.

Conclusie

De bewering van NIST, dat de instorting van WTC 7 begon toen steunbalk A2001 van zijn zadel bij kolom 79 werd geduwd, is onhoudbaar.

Als de aangenomen aanzet tot instorting kan worden uitgesloten dan moeten alle beweringen van NIST over wat er daarna gebeurde worden beschouwd als onjuist en ongefundeerd.

<< Vorig Punt, Volgend Punt >>

Referenties voor Punt WTC7-5
Eind 2011 kreeg Ron Brookman de tekeningen in handen. In februari 2012 ontdekte David Cole van het Nine Eleven Accountability Team dat tekening #9114 van Frankel Fabrication Shop versterkingsribben liet zien die steun gaven aan een steunbalk die het naar verluidt had begeven. Mechanisch ingenieur Tony Szamboti was de eerste die het volledige belang zag van de versterkingsribben die uit het rapport van NIST waren weggelaten.
Het rapport van NIST uit 2008 benoemde deze steunbalk niet als A2001, een aanduiding die pas bekend werd toen twee WOB-verzoeken van Ron Brookman, FOIA #11-209 en #12-009, leidden tot de vrijgave van de tekening van Frankel, #E12/13, in november 2011. Deze tekening is opgenomen in de brief van advocaat William F Pepper van 12 december 2013 aan de inspecteur generaal van het Ministerie van Economische Zaken: “Het Rapport van NIST over de Instorting van WTC Gebouw 7 in Twijfel Getrokken door 2.100 Architecten en Ingenieurs”, januari 2014. De tekening kan ook worden gedownload als zip-bestand in een artikel met de titel “WTC 7 Blueprints Exposed Via FOIA Request: Building Plans Allow for Deeper Analyses of Skyscraper’s Destruction”.
The NIST Report on the Collapse of WTC Building 7 Challenged by 2,100 Architects and Engineers [Het Rapport van NIST over de Instorting van WTC Gebouw 7 in Twijfel Getrokken door 2.100 Architecten en Ingenieurs]”, januari 2014.
Ibid., figuur 11, blz. 11.
Ibid., figuur 12-16, blz. 12-14.
William Pepper, die zich voornamelijk bezig houdt met internationale handelswetgeving, is advocaat in het Verenigd Koninkrijk en toegelaten tot de balie van talloze rechtsgebieden in de Verenigde Staten. Hij vertegenwoordigde overheden in het Midden Oosten, Afrika, Zuid Amerika en Azië. Pepper, die bevriend was met Martin Luther King, vertegenwoordigde de familie King in een civiele procedure, welke hij won. Hij is zeer betrokken bij Human Rights Law, die een tijd samenkwamen in het International Human Rights Seminar van Oxford Universiteit.

 

Comments are closed.